Preventie tegen vallen van personen en/of voorwerpen
Individuele bescherming: strakke kleding, werkschoenen (EN345), handschoenen (EN 420 & 388), helm (EN397), valbescherming (CE – E 361). De valbescherming bestaat uit harnas, een lijn en valdemper
Oppassen voor stoten of getroffen worden
Oppassen voor bekneld raken
Voldoende orde en netheid
Het weer
Grote hitte en warmte: voldoende beschermen en drinken. Onwel worden schept gevaar
Grote koude: kan waakzaamheid verminderen en staal kan vrieswonden veroorzaken
Sneeuw en ijzel: controleren, stelling reinigen
Regen en modder: kunnen vloer zeer glad maken
Storm en rukwinden: zeker bij afgezeilde steigers gevaarlijk. Contoleer de verankering. Bij storm de zeilen verwijderen.
Wind: vanaf windkracht 6 kan niet meer gewerkt worden zonder persoonlijke beveiligingsmiddelen
Onweer en bliksem: steiger verlaten
Kennis van de toegelaten belasting/gewicht. De belastingsgrenzen naleven, aangegeven op label en keuringsbewijs. Het gaat over materiaalopslag op de steiger
Veilige toegang tot de steiger: gebruik maken van ladders en toegangsluiken
In veiligheid op de steiger bewegen: gebruik maken van ladders en luiken om van niveau te veranderen en de luiken na gebruik weer te sluiten. Zet geen materiaal op het luik
De steiger in veilige staat houden
Compenserende veiligheidsmaatregelen nemen wanneer de collectieve veiligheidsmaatregelen opzij werden gezet
Zo vlug mogelijk de opzij gezette collectieve beschermingsmaatregelen weer aanbrengen
Rekening houden met de aanwezigheid van anderen op de werf: erop letten dat er geen risico’s ontstaan voor de werknemers die zich in de omgeving bevinden (vallende voorwerpen, neervallende lasten,…)
Gevaarlijke situaties signaleren:
De werfverantwoordelijke informeren
Snel kunnen reageren bij onmiddellijk gevaar
Verander niets aan de montage van de stelling
Bij twijfel neem contact op met de monteur
Deze instructienota moet gekend zijn door de stellinggebruikers
top of page
bottom of page